Skip to content
Vinyl is weer helemaal terug en wordt steeds vaker verkocht. Platendrukkerijen moeten hun oude machines weer aanzetten om te kunnen voldoen aan de enorme vraag. De draaitafel is weer helemaal terug, en in dit artikel kun je lezen hoe je hem instelt en afstelt, zodat je nieuwe draaitafel optimaal klinkt.

Veel mensen denken dat een draaitafel ingewikkeld is, of veel gedoe. Toch is dat niet zo. Het gaat om vrij eenvoudige natuurkundige en mechanische principes. Dus als je de basisregels begrijpt, kun je met vrijwel ieder model aan de slag. De meeste nieuwe draaitafels worden in de fabriek al afgesteld, maar als dat niet zo is, helpen wij je natuurlijk graag.

Vibraties,
resonanties
en isolatie

Draaitafels zijn erg gevoelig voor vibraties en resonanties, Bijvoorbeeld van de vloer, meubels, luidsprekers, maar ook van de draaitafel zelf; de motor, de snaar, het draaiplateau en het element. Zelfs de allerkleinste, ongewenste vibratie of resonantie in het loopwerk van een draaitafel kan zorgen voor een vervorming of verslechtering van het geluid.

Bij het ontwerp van een draaitafel probeert men om alle ongewenste resonanties en vibraties te elimineren. Op zich zijn dit soort vibraties onvermijdelijk, omdat de draaitafel en het element een mechanisch systeem vormen, dat gebaseerd is op trillingen die worden opgewekt door de groeven in een plaat. Maar natuurlijk willen we alleen de trillingen van het element horen – alle andere trillingsbronnen en resonanties moeten zoveel mogelijk voorkomen worden, zodat ze het geluidssignaal niet vervormen.

En omdat een draaitafel zo ontzettend gevoelig is, voor zijn eigen trillingen en trillingen uit de omgeving, moet je dus een aantal maatregelen treffen. Wat serieuzere draaitafels hebben bijvoorbeeld een motor die losgekoppeld is van de behuizing, om te voorkomen dat de trillingen van de motor gaan resoneren met de rest van het apparaat.

Gewicht
en materiaalkeuze

Het gewicht en de materiaalkeuze zijn belangrijke elementen om onnodige vibraties en resonanties tegen te gaan. De massa van het draaiplateau, de behuizing, de basis, en natuurlijk het gebruikte materiaal hebben een enorme invloed op de geluidskwaliteit.

En iedere fabrikant heeft hier natuurlijk zijn eigen theorieën en oplossingen voor. Maar de meesten van hen zeggen dat veel massa en een combinatie van verschillende materiaalsoorten de beste manier is om resonanties en trillingen te dempen.

Materialen

Een van de meest gebruikte materialen bij draaitafels is MDF. Dit materiaal is bekend vanwege zijn trillingsdempende eigenschappen, maar bij een draaitafel zijn zelfs de allerkleinste details belangrijk. Daarom wordt MDF vaak gecombineerd met andere materialen, bijvoorbeeld in een ‘sandwichconstructie’, waarbij de totale constructie de ophoping van ongewenste kinetische energie tegengaat.

Bij duurdere draaitafels wordt ook wel metaal, acryl of koolstofvezel gebruikt; materialen die allemaal hun eigen akoestische eigenschappen hebben. Er bestaat namelijk geen gouden regel die zegt welke materialen het beste zijn. Ze klinken allemaal verschillend, en het feitelijke gebruik en je persoonlijke smaak bepalen wat voor jou het beste werkt.

We kunnen wel vaststellen dat de constructie van een draaitafel een enorme invloed heeft op het geluid. Hoe duurder hij is, en hoe beter hij gebouwd is, hoe beter je draaitafel bestand is tegen trillingen en resonanties, en dus hoe beter hij klinkt.

Draaitafel
in de ruimte

Het is bovendien belangrijk om je draaitafel de best mogelijke arbeidsomstandigheden te geven, dat wil zeggen: de fysieke plaatsing in de ruimte. Je moet een draaitafel altijd op een zo trillingsvrij mogelijke ondergrond plaatsen. Dit kun je het beste testen door voorzichtig op de ondergrond te slaan: als je draaitafel begint te resoneren, is het goed om een isolatielaag te gebruiken, bijvoorbeeld een extra plateau, spikes of kegeltjes, zodat de trillingen zich niet naar de draaitafel verplaatsen.

De meeste mensen kiezen ervoor om hun draaitafel op een stereomeubel te zetten. Dat is natuurlijk mooi en handig, maar geluidstechnisch gezien is het geen goed idee. De trillingen van de luidsprekers kunnen zich namelijk heel gemakkelijk via de vloer naar het meubel verplaatsen. Zo bereiken ze de constructie van de draaitafel en kunnen ze de geluidskwaliteit beïnvloeden. Dit fenomeen wordt akoestische terugkoppeling genoemd en is erg slecht voor het geluid uit je draaitafel.

Zo voorkom je
akoestische
terugkoppeling

Een aantal betere draaitafels, bijvoorbeeld MoFi en de grotere modellen van Pro-Ject, hebben speciaal ontwikkelde voetjes met magneten of sorbothaan die het contactoppervlak tussen de draaitafel en de ondergrond zo klein mogelijk maken.

De beste manier om akoestische terugkoppeling te voorkomen is om je draaitafel aan de wand te bevestigen, en dan het liefst op een plateau dat speciaal hiervoor gemaakt is. Zo voorkom je dat trillingen in de vloer zich verplaatsen naar de draaitafel, waardoor je een veel beter geluid krijgt.

Het is ook verstandig om de draaitafel ergens neer te zetten waar je niet te veel last hebt van de basfrequenties. Als je het isolatieplateau aan de wand kunt bevestigen, hang de draaitafel daar waar je het minste bas hoort. Zoals altijd bij akoestiek, is er maar één manier om erachter te komen wat het beste werkt, namelijk: proberen! En naar HiFi Klubben komen voor advies.

Draaitafelinstellingen

Het element is waarschijnlijk het belangrijkste onderdeel van een draaitafel. Hiermee worden de groeven van een plaat afgetast en omgezet in elektrische energie. Om ervoor te zorgen dat je element optimaal zijn werk kan doen, moet je draaitafel perfect zijn ingesteld.

Waterpas

Het is erg belangrijk dat een elementen waterpas staat. Als dat niet zo is, zullen het draaiplateau en de toonarm bewegen onder invloed van de zwaartekracht en werken ze niet optimaal. Als je een draaitafel neerzet, moet je dus een kleine waterpas gebruiken (bijv. Pro-Ject Level It) om ervoor te zorgen dat hij 100% recht staat.

Bij sommige modellen kun je hiervoor ook de voetjes gebruiken, maar in het ideale geval is dit niet nodig. Welke manier je ook kiest en wat je ook doet, zorg ervoor dat alles helemaal recht staat voordat je verdergaat met de andere instellingen. Anders haal je nooit het maximale uit je draaitafel.

Montage van het
element

Het element zit meestal met twee schroeven vast aan de bovenkant of zijkant van de elementbehuizing. Bevestig het element aan de toonarm met behulp van de twee schroeven, sluit de vier kabeltjes aan en draai de schroeven een beetje vast, zodat het element nog steeds wat speling heeft in de toonarm.

Vervolgens kun je het element afstellen zodat hij in de juiste hoek op de groeven staat. Hiervoor gebruik je een zogenoemde ‘protractor’. Die krijg je vaak bij je draaitafel, maar je kunt ze ook voor weinig geld kopen of gewoon downloaden van internet.
TIP: Let goed op als je de vier kabeltjes aansluit. Gebruik een kleine tang en trek NOOIT aan de kabels! Ze zijn zo dun dat ze breken bij de kleinste verkeerde beweging.

De
protractor
gebruiken

Om te beginnen plaats je de protractor over de spindel van de draaitafel. Plaats de naald vervolgens op het kleine kruis tussen de lijnen op de protractor.

Nu moet je de elementbehuizing zo verstellen dat hij precies evenwijdig loopt aan de lijnen op het papier. De meeste protractors hebben een binnen- en buitenschaal, en de kunst is om het beste compromis tussen deze twee te vinden. De ingestelde hoek verandert altijd nog een beetje als het element zich over de plaat beweegt.

Je kunt de ingestelde hoek het beste controleren door van de voor- en bovenkant te kijken of het element goed zit ten opzichte van de lijnen. Als het element evenwijdig loopt aan de lijnen, draai je de schroeven voorzichtig vast en controleer je alles nog een keer, zodat je zeker weet dat je de goede hoek hebt.
TIP: De naald mag niet op de protractor staan als je de schroeven aandraait. Plaats de toonarm in de houder voordat je met de schroeven aan de slag gaat.

Naalddruk
vertical tracking force

Om perfect te kunnen werken, moet de naald van je draaitafel de juiste druk uitoefenen op de groeven. Dit wordt ook wel de ‘naalddruk’ of VTF (vertical tracking force) genoemd. Als je een nieuw element monteert of een draaitafel afstelt, moet je ook de naalddruk instellen.

Kijk op het gegevensblad van de draaitafel om te zien welke naalddruk de fabrikant adviseert. Je kunt deze later nog aanpassen, maar de geadviseerde naalddruk is meestal een goed uitgangspunt. Vaak wordt een interval van 1,5 tot 2,5 gram gebruikt, afhankelijk van het draaitafel.

De naalddruk wordt ingesteld met behulp van het contragewicht, dat wil zeggen het gewicht dat achter op de toonarm zit. Je kunt natuurlijk de schaalverdeling op het contragewicht gebruiken om de naalddruk in te stellen, maar als je het echt goed wilt doen, is het verstandig om een digitale naalddrukweger gebruiken, bijvoorbeeld de Pro-Ject Measure It.

Zo
regel
je de naalddruk

Bepaal eerst het ‘nulpunt’, dat wil zeggen het punt waar de arm vrij in de lucht hangt, zonder dat hij naar boven of beneden beweegt. Hier is de naalddruk 0. Je vindt dit punt door aan het contragewicht op de toonarm te draaien.

Als de toonarm in de lucht hangt, pak je het contragewicht en draai je aan de kleine schaalverdeling, totdat de 0 samenvalt met het kleine streepje op de toonarm. Deze schaalverdeling kan los van het grote contragewicht bewegen. Als je de 0 hebt ingesteld, draai je het contragewicht en de schaalverdeling in de richting van de toonarm totdat het element de gewenste naalddruk heeft.

Met een digitale naalddrukweger kun je aan het contragewicht draaien totdat de weger het juiste getal weergeeft. Dit is veel eenvoudiger en geeft bovendien een nauwkeuriger resultaat.
TIP: Verwijder het beschermkapje van het element voordat je het element instelt!

Anti-skating

Als de toonarm van een draaitafel zich tijdens het afspelen langzaam naar het midden van de plaat beweegt, ontstaat er een kracht die probeert om de toonarm naar het midden te drukken. Deze kracht moet gecompenseerd worden, om ervoor te zorgen dat het element het spoor goed volgt. Dit gebeurt door middel van dwarsdrukcompensatie.

Dwarsdrukcompensatie bestaat meestal uit een klein contragewicht aan een koordje, of een magnetisch mechanisme dat de arm een beetje tegenhoudt, zodat de naald zich niet via de kortste weg naar het midden schiet.

Zonder dwarsdrukcompensatie zou de naald niet alleen naar beneden, maar ook tegen de binnenste zijkant van de groeven worden gedrukt. En om de groeven zo nauwkeurig mogelijk af te kunnen lezen, is het wel belangrijk dat de naald even hard tegen beide groefwanden drukt en zo recht mogelijk in de groeven zit. Als dit niet zo is, krijg je slechter geluid en beschadig je de naald en je platen.

Zo
regel
je de dwarsdrukcompensatie

In de handleiding/het gegevensblad waar je de geadviseerde naalddruk hebt gevonden, staat meestal ook de geadviseerde instelling voor dwarsdrukcompensatie. De dwarsdrukcompensatie is vrijwel altijd gelijk aan de naalddruk. Als de naalddruk bijvoorbeeld 1,8 gram is, moet de dwarsdrukcompensatie ook hetzelfde, of ongeveer hetzelfde zijn (1 tot 2 gram).

Je kunt heel eenvoudig zien of je te veel of te weinig dwarsdrukcompensatie hebt ingesteld. Ga recht voor je element zitten en kijk of de naald midden in de groef en kaarsrecht op de groefwanden staat, of dat hij naar links of rechts wordt getrokken. Als hij naar links of rechts wordt getrokken, is de dwarsdrukcompensatie verkeerd ingesteld.

Azimuth
kantelhoek

De azimuth – de hoek waarmee de naald op de plaat staat – geeft de hoek van de naald ten opzichte van de groef weer. Voor een correct stereobeeld moeten de naald en het element in een hoek van 90 graden op de plaat staan.

Als het element niet helemaal recht zit, heeft de naald meer contact met de ene kant van de groef dan met de andere, waardoor het stereobeeld verslechtert. Het is daarom belangrijk om dit goed in te stellen.

In de meeste gevallen wordt de azimuth in de fabriek afgesteld, maar als dat niet zo is, moet je het zelf even controleren en aanpassen.

Zo
Regel
je de azimuth

Een element is een vaste constructie en de naald zit altijd in dezelfde positie ten opzichte van het element. Daarom moet de hoek tussen de naald en de plaat op een andere manier worden ingesteld. Bij de basis van de toonarm zit vaak een schroef waarmee de hoek van de arm, en dus ook van het element, kan worden ingesteld. Bij sommige oudere toonarmen kun je de azimuth ook direct op de kop regelen, daar waar het element is bevestigd.

Als het element evenwijdig aan de plaat zit, zou de naald ook in de juiste hoek op de plaat moeten staan. Als dat niet zo is, als hij bijvoorbeeld overhelt naar een bepaalde kant, is de naald waarschijnlijk beschadigd. Dit betekent dat je een nieuwe naald nodig hebt, of dat het element niet goed vastgezet is. Het kan ook betekenen dat de dwarsdrukcompensatie verkeerd is ingesteld.

Je kunt een spiegel gebruiken om te controleren of de naald in de juiste hoek op de plaat staat. Leg de spiegel op het draaiplateau en laat de naald op de spiegel zakken. Als je nu van de voorkant kijkt, kun je zien of het spiegelbeeld van de naald en de naald zelf één rechte lijn vormen. Als dat niet zo is, is de azimuth verkeerd afgesteld.

VTA
Vertical Tracking Angle

Een van de meest verwarrende begrippen op het gebied van draaitafels is de VTA, oftewel de ‘vertical tracking angle’. De VTA beschrijft de hoek tussen de naaldhouder en de plaat als je het vanaf de zijkant bekijkt. Veel mensen denken – ten onrechte – dat dit hetzelfde is als de hoek tussen de arm en de plaat, dus hoeveel de arm naar boven of beneden wijst. Toch klopt het verhaal van de arm wel een beetje, want de juiste VTA krijg je meestal als de arm en de elementbehuizing parallel lopen met de plaat, van de zijkant gezien.

HIFI KLUBBEN
STAAT VOOR JE KLAAR

Als je niet zeker weet of je draaitafel goed is ingesteld, kun je hem natuurlijk altijd meenemen naar HiFi Klubben. Dan helpen wij je om alles perfect af te stellen. Je mag natuurlijk ook altijd even langskomen om gezellig over vinyl te praten en om naar een aantal producten te luisteren. We laten je graag zien en horen wat de voordelen zijn en welke verschillende draaitafels er te koop zijn.

Wij helpen je graag op weg met je draaitafel – of het nu een nieuwe of een oude is.

De draaitafels
van HiFi Klubben in het kort

Argon Audio

De draaitafels van Argon Audio zijn een uitstekende keuze als je een echt hifi-model wilt, zonder je budget te overschrijden. Zij kiezen vaak voor eenvoudige, betrouwbare en beproefde oplossingen die goed klinken en gebruiksvriendelijk zijn. Argon Audio heeft een heel goede prijs-kwaliteitverhouding en levert uitstekende producten in een betaalbare prijsklasse.

Denon

Denon is een van de eerste merken die we bij HiFi Klubben verkopen – al vanaf 1982. Het is een Japans merk dat al meer dan 100 jaar bestaat. Bij de draaitafels van Denon staan gebruiksvriendelijkheid en gebruikersgemak centraal. Ze hebben onder meer een geïntegreerde RIAA-versterker, een automatische start/stop-functie en een USB-aansluiting voor echte ‘plug and play’. Ze zijn heel eenvoudig te gebruiken en hebben een goed geluid voor een redelijke prijs.

Pro-Ject

De draaitafels van Pro-Ject combineren uitstekende kwaliteit met een mooi en functioneel ontwerp. Hun motto: ‘Een goede draaitafel is de goedkoopste manier om audiofiel geluid te krijgen’. Pro-Ject maakt al zijn producten, van de toonarm tot de motor, zelf in fabrieken in Tsjechië en Slowakije. Naast de ‘value for money’-producten in de budgetklasse, maakt Pro-Ject ook echte high-end draaitafels, waarbij alles op alles is gezet om de beste geluidskwaliteit te krijgen.

MoFi Electronics

Mobile Fidelity – oftewel MoFi – is een Amerikaans bedrijf dat zich al sinds de jaren 1950 specialiseert in hoogwaardige vinylmastering en apparatuur om vinyl af te spelen. Omdat MoFi direct toegang heeft tot de masterstudio, kunnen ze gebruikmaken van unieke expertise tot in de kleinste details. De producten van MoFi zijn misschien wat minder flitsend dan veel andere oplossingen, maar je zult snel merken dat je echt high-end geluid krijgt voor je geld!